Na het politieke chaos veroorzakende referendum in 2016 zou Italië komend jaar wel eens opnieuw te maken kunnen krijgen met een referendum dat het toch al onrustige politieke landschap nog gecompliceerder zal maken.
Barclays-analist Fabio Fois schrijft aan klanten dat het Constitutionele Hof van Italië overweegt om per referendum goedkeuring te vragen voor hervormingen op de arbeidsmarkt die tijdens het premierschap van Matteo Renzi zijn ingevoerd.
Fois schrijft:
“Alsof het schema van het Constitutionele Hof in januari nog niet vol genoeg is met de uitspraak over het Italiaanse kiessysteem op de 24e, kondigde het hof vandaag aan dat het (op de 11e) een voorstel van de grootste vakbond, CGIL, zal behandelen over het organiseren van een herroepingsreferendum over sommige delen van de arbeidsmarkthervormingen die door de regering van Renzi zijn godgekeurd.”
“Het referendum zal drie specifieke vragen over verschillende aspecten van de hervormingen voorleggen. De belangrijkste vanuit economisch oogpunt is het besluit om artikel 18 van de arbeidswet waarin de ontslagbescherming toeneemt naarmate je ouder wordt, niet toe te passen op nieuwe contracten voor onbepaalde tijd. Artikel 18 beschermt werknemers van bedrijven met meer dan 15 mensen in dienst tegen oneerlijk ontslag.”
Dat zou op meerdere manieren slecht nieuws zijn voor Italië, stelt Fois: "Als het referendum over artikel 18 doorgaat, is dat naar onze mening extreem negatief."
Ten eerste kan het terugdraaien van een belangrijke set hervormingen die bedoeld is om het concurrentievermogen van Italië te verbeteren - door het mogelijk te maken nieuwe banen te scheppen en toenemende productiviteit en flexibiliteit - een flink negatief effect hebben op de economische groei.
"Sinds de hervormingen in maart 2015 zijn ingevoerd zijn veel meer mensen via een vast contract aangenomen en dat heeft het consumentenvertrouwen geholpen en daarmee ook de bestedingen van huishoudens. De privé-consumptie is de belangrijkste aanjager geweest van het bescheiden economisch herstel in 2015", zegt Fois.
Ten tweede zal het opnieuw een enorme klap zijn voor het geloof dat Italianen hervormingen willen en zou het meer zeggen over de weerstand daartegen dan het verlies van Renzi in het referendum over de grondwet. Eerder in december stemde het land met een duidelijke meerderheid van bijna 60/40 tegen een serie voorstellen om de Italiaanse grondwet aan te passen, die macht weg zou halen van de Senaat om die in handen te geven van een lagere kamer van het parlement.
Hoewel de stemming officieel ging over de hervormingen werd het over het algemeen gezien als referendum over het leiderschap van Matteo Renzi, die opstapte na zijn verlies.
Fois zou een een afwijzing van hervormingen op de arbeidsmarkt zien als "een erg negatief signaal over de wil van het land om hervormingen door te drukken. Dat signaal zou veel duidelijker zijn dan dat is afgegeven tijdens het grondwetreferendum, dat naar onze mening vooral ging over politiek belang op korte termijn."
Tot slot stelt Fois dat het afwijzen van deze hervormingen vervroegde verkiezingen in het tweede kwartaal van 2017 een stuk waarschijnlijker die toch al moeilijke politieke omstandigheden nog ingewikkelder maken. Vervroegde verkiezingen zullen de populistische Vijf Sterren-Beweging - die zichzelf niet binnen het traditionele links/rechts-spectrum plaats - een grotere rol geven in het land.